In Dos de Mayo in Argentinië vonden agenten de 43-jarige Yede Adriana Villarreal in de tombe van haar overleden man. Ze was in haar pyjama, had een tafel, stoel, kooktoestelletje en pc met internet in de tombe neergezet. De man pleegde in 2010 zelfmoord.
De vrouw woont zelf in Buenos Aires en ze bezoekt haar man een paar keer per jaar. Dan slaapt ze ook naast de kist waarin het gebalsemde lichaam van haar man ligt. Bovendien speelt ze muziek voor hem, omdat hij daar zo van hield. De buurt klaagde echter over haar en vond dat ze te veel herrie maakte.
De agenten noemden de vrouw stapelgek. Ze mag voortaan alleen nog maar tussen 8 uur ’s ochtends en 7 uur ’s avonds op de begraafplaats zijn.
Maar ik vraag me af: is ze dat echt? Of slaagde ze er toch in contact te maken met haar geliefde. Dwaalt hij daar nog steeds rond? Je zou het bijna denken… Zijzelf vond in elk geval niet dat ze iets vreemds had gedaan. “Hay que tenerle miedo a los vivos”, zei ze. Ofwel: “Je moet eerder bang zijn voor het leven.”